Ik haat het, ik haat het echt en toch doe ik het: beginnen met hardlopen.
Je hebt het vast wel eens gelezen dat buitenlucht en buiten zijn gezond is. Vooral buiten sporten is goed voor lichaam en geest. Het blijkt zelfs beter te werken tegen depressiviteit dan bepaalde medicatie. Eigenlijk zouden huisartsen vaker een recept voor wandelen of (buiten)sporten moeten uitschrijven in plaats van direct medicatie voor te schrijven.
Tijdens het hardlopen maak je endorfine aan, wat een stressverlagend effect heeft en zorgt voor een prettig gevoel. Hierdoor kan hardlopen bijdragen aan het verminderen van somberheid, depressiviteit en spanningsklachten. Bovendien kun je kleine, haalbare doelen stellen, zodat je succeservaringen opdoet.
Ik wil naar buiten, ik wil ademen, leven en genieten. Dat doe ik buiten. Van de natuur laad ik op, van de zon op mijn gezicht word ik vrolijk. Ik geniet van de rust en er is zoveel moois te zien. De zonsopkomst, zonsondergang, bijzondere natuurverschijnselen of gewoon de bloemen die in bloei staan. Ik moet meer naar buiten. Na een traumatische bevalling van mijn tweede kindje heb ik ontzettend veel last van stress, vermoeidheid en depressieve gevoelens. Ook daarvoor had ik al langere tijd last van (te) veel stress.
Tijdens mijn zwangerschapsverlof ben ik veel gaan wandelen. Heerlijk. Baby in de wagen, wandelschoenen aan en gaan. Ook groeide mijn verlangen om weer te sporten, om het er even uit te zweten, mijn hoofd leeg te maken, een moment voor mezelf. Ik kocht een noise-canceling koptelefoon, zodat ik mezelf niet zou horen ademen. Anders zou ik namelijk meteen in paniek raken. Dat weet ik nog van vroeger. Tijdens mijn allereerste opleiding moest ik een 8km-loop voltooien voordat ik mijn diploma kon halen. Het was verschrikkelijk. Ik kon niet hardlopen. Ik begon met 1 minuut rennen en 1 minuut wandelen. Hoe ik toen die 8 km heb gehaald, weet ik nog steeds niet. Hardlopen was niet mijn sport. Ik kon het gewoon niet, ik ben niet zo’n renner, nooit geweest ook. Vroeger, tijdens de coopertest en bij alles wat met lopen te maken had, was ik ziek of kreeg ik last van astma, waardoor ik niet mee kon of wilde doen.
Het is hartje winter, midden december, het vriest. Ik trek mijn te grote sportschoenen aan, doe mijn koptelefoon op en zet mijn horloge aan. Daar ga ik, de straat uit. Ik wist precies welk rondje ik wilde rennen, dat is het voordeel van veel wandelen: je weet precies hoeveel kilometer de rondjes zijn. ‘O, wat is dit zwaar,’ ik hijg al na 500 meter. Ik wil het kunnen, dus ik ga door. Ik loop 3 km en kom kapot thuis. Wow, dat was heftig. Mijn tempo is 6:39 en mijn hartslag is hoog, max 187. Ik heb mezelf letterlijk opgeblazen, maar oké, ik heb het wel gedaan. Ik geef niet op en verleg elke training mijn grenzen. Alleen dan zal ik ooit beter worden. Mijn tempo gaat niet vooruit, maar het aantal kilometers schiet omhoog. Ik krijg last van mijn enkel en start mijn eigen onderzoek naar hardlopen. Oooh, beginnersfouten. Dat had ik kunnen weten of in ieder geval kunnen lezen. Natuurlijk deed ik dat pas te laat. Ik volg de tips op en koop goede hardloopschoenen, geadviseerd in de winkel. Mooi vind ik ze niet, maar het is de beste keuze ooit geweest. Sinds mijn nieuwe schoenen loop ik op wolkjes, het gaat vanzelf. Ook kreeg ik van mijn vriendinnen op mijn kop dat ik te snel mijn kilometers verhoogde. Ik besluit te luisteren.
Het is ondertussen januari en mijn tempo gaat omhoog en mijn hartslag omlaag. Dat je zo snel beter kunt worden, is echt een grote motivator. Het rennen kost minder moeite en ik kan mijn kilometers weer verhogen. Ik verdiep me verder in hardlopen en probeer nu intervaltrainingen uit, easy runs en duurlopen om zo afwisselend te trainen. Daarnaast werk ik aan mijn techniek, want wist ik veel wat een cadans is en hoe fijn het is als je daar wél rekening mee houdt. Hardlopen wordt steeds leuker. Ik haal er voldoening uit en begin langzaam te genieten van de rondes die ik loop.
Begin februari loop ik 9 kilometer met een tempo van 5:32 en een gemiddelde hartslag van 163. Dan besluit ik met mijn vriendinnen mee te doen aan de halve marathon in Nijmegen, die op 19 maart is. Ik schrijf mezelf in. Ja, ik doe het echt. Meteen na mijn inschrijving krijg ik stress. Waar ben ik toch aan begonnen? Ik ga hardlopen voor de ontspanning, niet om mezelf zo te pushen. Toch ben ik benieuwd of ik het ga redden. Ik blijf trainen en begin maart loop ik 18 km met een gemiddeld tempo van 5:48. Als ik dat kan, moet ik die laatste 3 kilometer er toch ook wel uit kunnen persen? Ik ga het gewoon proberen. Mijn enige doel is dat ik probeer te genieten van het lopen en hem uitloop. Het tempo maakt niet uit, de tijd ook niet.
Ik geniet ondertussen van bijna elk loopje dat ik doe. De natuur doet echt wonderen voor mij. Ondanks dat hardlopen me echt helpt tegen somberheid en depressieve gevoelens, me ontspant en tevreden laat voelen na een ronde, heb ik mezelf toch aangemeld voor therapie. Hardlopen is zeker iets wat mij gaat helpen in mijn herstelperiode, maar niet het enige wat ik nodig heb.
Ik verzamelde geluksmomenten, in het begin ‘geheugenfoto’s’ omdat ik mijn telefoon niet mee nam. Daarna besloot ik mijn telefoon mee te nemen omdat ik echt de mooiste dingen onderweg zie.